M.E.(cvs)-wetenschap

september 6, 2008

M.E.(cvs) als Mitochondriale Ziekte

Filed under: Celbiologie,Diagnostiek — mewetenschap @ 1:12 pm
Tags: , ,

Regelmatig wordt bij M.E.(cvs)-patiënten een spierbiopt genomen om via histologisch onderzoek en metingen van mitochondriale enzymen een ‘gewone’ mitochondriale aandoening uit te sluiten. Veelal levert dit niets op. Mijns inziens betekent dit NIET dat alles in orde is met de mitochondrieën van M.E.(cvs)-patiënten. Kijkt men wel naar de juiste dingen, op de juiste manier? Moet men niet andere enzymen dan de ‘standaard’-testen meten? Vragen die men overigens bij vele lab-onderzoeken ter diagnose van M.E.(cvs) kan stellen.

Er bestaan aan enkele belgische universitaire universiteiten een aantal zogenaamde neuromusculaire referentiecentra (NMRC), bestaande uit een ploeg van deskundigen van allerlei disciplines waarbij personen met een neuromusculaire aandoening terechtkunnen voor diagnose, behandeling en begeleiding. Voor en samen met de persoon en zijn omgeving garandeert het deskundig team alle zorgen op medisch, paramedisch, psychologisch en sociaal vlak. Zo kunnen mensen met een neuromusculaire aandoening de weg vinden naar een beter gespecialiseerde zorgverstrekking in alle facetten (medisch, therapeutisch, ondersteunend en begeleidend) en doorheen het volledige verloop van de aandoening (diagnose inbegrepen). We kunnen ons afvragen waarom M.E.(cvs)-patiënten daar niet terecht kunnen…

Onderstaande hypothese en wetenschappelijke info geeft weer wat vele M.E.(cvs)-patiënten, -klinici en -onderzoekers vermoeden: dat M.E.(cvs) ook een – nog niet detekteerbare – neuromusculaire aandoening/ mitochondriale ziekte zou kunnen zijn. Het is dus een pertinente vraag of M.E.(cvs)-patiënten daar niet makkelijker aandacht voor onze problematiek zouden moeten kunnen krijgen, of de NMRC-artsen en -onderzoekers zich niet meer zouden moeten verdiepen in onze aandoening en of ze niet zouden kunnen meehelpen bij het ontwikkelen van adequate diagnostische middelen… Dames en heren beleidsmakers: schaf de CVS-referentiecentra af en start dit op!

————————-

Lyndonville News; vol 5 N° 2 (2008) [dfwcfids.net]

Dr. David S. Bell, MD, FAAP (Private Practice Paediatrics, Lyndonville, N.Y.; MD degree Boston University 1971)

M.E.(cvs) als Mitochondriale Ziekte

[…] I ga er mee akkoord dat M.E.(cvs) een mitochondriale ziekte is [maar] die term heeft duiding nodig omdat M.E.(cvs) een mitochondriale ziekte is als geen ander.

Tot voor kort was het een ramp, een doodvonnis bijna, als een kind de diagnose mitochondriale ziekte kreeg: het betekende dat er belangrijke abnormaliteiten waren in het mitochondriaal of nucleair DNA dat de energie-produktie reguleert. Zonder energie (ATP) is het onmogelijk te overleven. Bijna 300 mitochondriale ziekten (bv. MELAS, Kearns-Sayre, Leber erfelijke optische neuropathie, enz.) zijn geïdentifieerd op basis van genetische mutaties. Het is een specialisatie binnen de pediatrie, waar het mogelijk is ernstige abnormaliteiten in de mitochondrieën te meten via spierbiopt-onderzoek.

Dat is wat de meeste klinici aan denken bij de woorden ‘mitochondriale ziekte’ maar deze ziekten zijn, over het algemeen, niet toepasbaar op M.E.(cvs). Veel patiënten met M.E.(cvs) hebben een spierbiopt gehad en de meeste van de mitochondriale testen op deze biopten zijn relatief normaal.

Wat zijn Mitochondrieën?

Zie mitochondrieën als de krachtcentrales van de cel.

· Bijna elke cel in ons lichaam heeft ze, gewoonlijk rond de 500 of zo per cel.

· Ze verbruiken zuurstof en glucose en produceren koolstofdioxide en energie (ATP).

Dit proces verloopt in 200 verschillende stappen. Wat je eigenlijk moeten weten, is:

· ATP is de allerbeste energie-opslag van het lichaam.

· Oxidatieve fosforylatie (ox-fos) is het complex van elektronen-transport-ketens die het meeste werk van de omzetting doen.

Omdat het mechanisme van de energie-produktie essentieel is voor bijna elke cel, zal een defekt symptomen geven in elk orgaan-systeem. Klinkt dit vertrouwd? Oxidatief metabolisme, het vermogen om zuurstof te gebruiken voor de produktie van energie, is behoorlijk efficiënt en het is fascinerend de theorieën over hoe het deel ging uitmaken van onze cellen te bekijken.

Als de energie-behoefte echter buitensporig is, keren de cellen terug naar een meer primitieve – en minder efficiënte – vorm van energie-produktie: anaëroob metabolisme (metabolisme zonder zuurstof). […]

Wanneer een Mitochondriale Ziekte vermoeden?

In een recent overzichtsartikel (‘Mitochondrial Disease: A Practical Approach for Primary Care Physicians’; Pediatrics Vol. 120 No. 6 December 2007, pp. 1326-1333) kan men een lijst vinden van symptomen die suggereren te zoeken naar een mitochondriale ziekte: o.a. neurologische symptomen zoals ataxie (coördinatie-problemen), myoclonus (stuip-/ zenuw-trekkingen) en encefalopathie (hersenbeschadiging), inspanningsintolerantie, gevoeligheid voor algemene anaesthesie en constipatie.

Er werd een score-blad ontwikkeld om te helpen bij een vermoedelijke mitochondriale ziekte – en de meeste M.E.(cvs)-patiënten zouden binnen het positieve bereik vallen. Voor meer info over mitochondrieën: www.mitosoc.org. Maar vergeet niet dat men het hier over ‘conventionele’ mitochondriale aandoeningen heeft, niet over M.E.(cvs).

Een Mitochondriaal Probleem kan Secundair zijn aan een Ander Probleem

Er is een andere vorm van mitochondriale ziekte: ‘secundaire mitochondriale ziekte’. Bij secundaire mitochondriale ziekte ligt het primair probleem niet bij de mitochondrieën maar bij een ander probleem dat de mitochondriale funktie overhoop haalt. Er zijn veel ziekten waarbij het primiar defekt leidt tot het veroorzaken van problemen bij de produktie van energie in de mitochondrieën.

Bijvoorbeeld: schildklier-hormoon is nodig voor succesvolle oxidatieve fosforylatie. Bij hypothyroïdisme (lage schildklier-funktie) is de energie-produktie geschaad, en vermoeidheid, zwakte, problemen met lichaamstemperatuur-regeling en moeite bij het concentreren is het resultaat. Dit is één van de redenen waarom je bij het beschrijven van vermoeidheid aan je huisarts, zij/hij begint met het testen van je schildklier-hormoon.

Wat is dus het Probleem?

Waarom wordt M.E.(cvs) niet gediagnostiseerd, bestudeerd en geklassifieerd als andere mitochondriale ziekten? Er zijn meerdere redenen:

· a. Mitochondriale ziekte wordt door klinici gezien als een fatale kinderziekte, niet als iets dat op latere leeftijd voorkomt.

· b. Mitochondriale ziekte wordt gewoonlijk gezien als een permanente, strukturele ziekte, en M.E.(cvs) is een wisselende ziekte waar sommige personen zelfs volledig van herstellen.

· c. Mitochondriale ziekten zijn moeilijk te diagnostiseren: een spierbiopt en gedetailleerd testen van het ox-fos systeem zijn nodig.

· d. Ox-fos testen zijn dikwijls normaal bij M.E.(cvs) en dit is het kritieke punt geweest dat de aandacht van mitochondrieën heeft afgeleid.

· e. Artsen zijn het gewoon te denken aan of orgaan-specifieke ziekten (lever, nier, enz.) en mitochondrieën zijn aanwezig in alle cellen.

· f. Weinig artsen namen tot voor kort M.E.(cvs) ernstig en research in dit domein is schaars geweest.

Van de bovenstaande redenen is enkel ‘d’ voor ons hier belangrijk (ox-fos testen zijn dikwijls normaal bij M.E.(cvs)…). In 1990 voerde ik een spierbiopt-studie uit bij 10 M.E.(cvs)-patiënten samen met Prof. Dr June R. Aprille (Washington & Lee University), een expert in cellulair metabolisme. Alle personen hadden een relatief normaal ox-fos. Hoewel we deze bevindingen niet publiceerden, is het consistent met de weinige gepubliceerde studies die werden ondernomen.

Hoe kan je een mitochondriale ziekte hebben als het mechanisme normaal test? Ik denk dat het antwoord op deze paradox net om het hoekje ligt.

Hypothese

Wanneer je [bijvoorbeeld] een patient hebt met emfyseem die in een leunstoel zit, dan is zij/hij niet buiten adem. Je kan de schade met proeven meten maar om bij de symptomen te geraken, moet je systeem onder ‘stress’ zetten – moet je de patient de trap op en af doen lopen. Als een persoon met G-6-PD deficiëntie (verbonden met bonen-allergie, favisme] rustig bezig is, ziet het bloed er normaal uit. Maar geef die persoon fava-bonen en de abnormaliteiten worden snel duidelijk.

Personen met M.E.(cvs) bewaren voor zichzelf een zeker evenwicht. Ze rusten 2 uur, zijn een half uurtje aktief, rusten weer een beetje, zijn dan nog een klein beetje bezig, enz. Hoe erger de ziekte, hoe minder aktiviteit mogelijk is. Als M.E.(cvs)-patiënten gedurende enkele dagen absoluut niets uitvoeren, voelen ze zich gewoonlijk redelijk goed. Maar ga 8 uur shoppen en de crash is er!

Dit is het probleem: De patiënten die werden onderzocht voor mitochondriale ziekte, hadden veel gerust en het spierbiopt werd genomen op een tijdstip van ‘evenwicht’, een moment waarop wellicht niet veel aan het licht zou komen. Maar laat een M.E.(cvs)-patient zich inspannen en onderzoek dan de mitochondriale funktie. Mijn voorgevoel zegt me dat de ox-fos reakties ernstig verstoord zijn maar dit werd nog niet systematisch en methodisch bestudeerd.

[Aan de slag dus!!!]

————————-

Vrij naar Margaret Williams; brits M.E.-aktiviste… Wetenschappelijk artikels hieromtrent:

Mitochondrieën zijn de ‘krachtcentrales van onze cellen. Ze zijn verantwoordelijk voor het produceren van energie onder de vorm van adenosine-trifosfaat (ATP) en zijn betrokken bij het apoptose (geprogrammeerde zelfdoding van cellen) siganliseringsmechanisme. Dat er bewijs is voor verstoorde apoptose in M.E.(cvs) kan niet worden betwist (zie Kennedy G et al.; J Clin Pathol 2004:57(8):891- 893: ‘Increased neutrophil apoptosis in Chronic Fatigue Syndrome’).

Er is een beduidende hoeveelheid literatuur die mitochondriale (zowel strukturele als funktionele) defekten suggereert bij M.E.(cvs) en het wordt aangenomen door goed geïnformeerde M.E.(cvs)-klinici en -researchers dat er zelfs bioptie-bewijs van mitochondriale schade is bij M.E.(cvs):

Behan WM et al.; Acta Neuropathol 1991:83(1):61- 65; ‘Mitochondrial abnormalities in the post-viral fatigue syndrome’

“Mitochondriale degeneratie was duidelijk bij tientallen van de biopten; met zwelling, vacuolisatie, myeline-figuren en secundaire lysosomen. Het pleomorfisme van de mitochondrieën in de spierbiopten van de stond in schril contrast in met de bevindingen voor de biopten van de normale controles. Diffuse of focale atrofie van type II vezels werd gerapporteerd en dit wijst op spier-schade en niet enkel het niet gebruiken van spieren.”

[Vertakking en fusie van cristae – plooien inwendig membraan – (compartmentalisatie) zoals hier gerapporteerd, samen met andere strukturele abnormaliteiten, worden meest frequent gezien bij mitochondriale myopathieën.]

Pizzigallo E et al.; JCFS 1996:2 (2/3):76-77; ‘Alterations in muscles of CFS-patients at morphological, biochemical and molecular level’

“We voerden een histochemische en kwantitatieve analyse van enzymatische aktiviteiten uit en bestudeerden mitochondriale DNA-deleties. Alle stalen vertoonden hypotrofie, vezel-fragmentatie, rafelige rode vezels [rode, trage spiervezels worden aëroob getraind, wat zorgt voor een toename van mitochondrieën maar niet voor een vergroting van de spier], en vette en fibreuze degeneratie. Elektronen-microscopie bevestigde deze wijzigingen, door het aantonen van degeneratieve veranderingen, en liet ons toe to poly-/pleomorfismen en verdikking van de cristae van de mitochondrieën te detekteren. De histochemische en kwantitatieve bepaling van de enzymatische aktiviteit toonde een belangrijke reductie, in het bijzonder van cytochroom-oxidase en citraat-synthetase. De ‘gebruikelijke deletie van 4977 bp’ van het mitochondriaal DNA was in drie patiënten gestegen tot 3.000 maal de normale waarden. Onze resultaten komen overéén met die van Behan et al. (1991) en Gow et al. (1994) [Clin Infect Dis. 1994 Jan;18 Suppl 1:S126-9. Studies on enterovirus in patients with Chronic Fatigue Syndrome]. De veranderingen zijn compatibel met een myopathie van waarschijnlijk mitochochondriale origine die de daling in funktioneel vermogen van de spieren kan verklaren.”

Pizzigallo E et al.; Neurosci Lett. 1996 Apr 19;208(2):117-20; ‘Sensory characterization of somatic parietal tissues in humans with Chronic Fatigue Syndrome’

“De selektieve spier-overgevoeligheid correspondeerde ook met vezel-abnormaliteiten bij spier-biopt: morfo-strukturele wijzigingen van het sarcomeer, vette degeneratie en fibreuze regeneratie, inversie van de cytochroom-oxidase/ succinaat-dehydrogenase verhouding, pleio-/polymorfisme en monstruositeit van mitochondrieën, reductie van sommige mitochondriale enzymatische aktiviteiten en vermeerdering van de ‘gebruikelijke deletie van 4977 bp’ van het mitochondriaal DNA 150-3000 maal de normale waarden. Door het aantonen van sensorische (diffuse hyperalgesie) en anatomische (degeneratief beeld) veranderingen op spier-niveau, suggereren de resultaten dat een rol wordt gespeeld door perifere mechanismen bij het ontstaan van CVS-symptomen.”

Cheney P; Orlando Workshop, International Congress of Bio-energetic Medicine 1999, audio-tape #2

“Het belangrijkste aangaande training is om [patiënten] geen aërobe oefeningen te laten doen. Als iemand een defekt in de mitochondriale funktie vertoont en je dwingt de mitochondrieën tot training, dan doodt je het DNA.”. Cheney’s bevindingen warden ondersteund door Benjamin Natelson, Professor Neurologie aan de New Jersey Medical School – in zijn lezing voor de ‘Fatigue 2000 Conference’ in London, besprak Natelson zijn werk betreffende het spier-metabolisme bij M.E.(cvs) waarbij hij spieren van patiënten met NMR onderzocht na training en waarbij zijn team een probleem bij het mitochondriaal herstel demonstreerde. (Verslag van deze Conferentie in de ‘ME Association Newsletter Perspectives’, zomer 1999.

[www.ahummingbirdsguide.com/researchmuscle.htm Cheney bevestigt: er is zo veel beschadiging aan de mitochondrieën dat M.E.(cvs) een mitochrondriale ziekte kan worden genoemd.]

Klimas NG et al.; Curr Rheumatol Rep 2007:9(6):482-487; ‘Chronic Fatigue Syndrome: inflammation, immune-function and neuro-endocrine interactions’

“Gen ‘micro-array’ gegevens hebben geleid tot een beter begrip van de pathogenese. Onderzoek heeft genetische signaturen geëvalueerd en biologische subgroepen beschreven. Genoom-studies demonstreren abnormaliteiten van de mitochondriale funktie.” [Mitochondriale en ion-kanaal regulerende genen bleken ontregeld.]

Nestadt P

“Deze (preliminaire) resultaten tonen dat een significante proportie patiënten met M.E.(cvs) gestegen ventriculaire lactaat-concentraties hebben, wat anaërobe energie-conversie in de hersenen en/of mitochondriale dysfunktie kan suggereren.” (Gestegen lactaat in het bloed na matige inspanning worden als een aanwijzing voor mitochondriale schade beschouwd.)

[Zie ook: Nestadt P et al. ‘A Comparison of Neurometabolites in Chronic Fatigue Syndrome, Generalized Anxiety Disorder and Healthy Volunteers’]

[The ‘Shungu / Cheney’ protocol: ‘Attention spectra of CSF in body of lateral ventricle plus the spectroscopic analysis of the hypothalamus’]

Geef een reactie »

Nog geen reacties.

RSS feed for comments on this post. TrackBack URI

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

Blog op WordPress.com.